De Grand Tour van Catalonië: Deel 1
De Grand Tour van Catalonië: Deel 1
Catalonië ontdekken aan de hand van een schilderachtige route door de mooiste landschappen, langs prachtige dorpen, steden en bezienswaardigheden. Met mijn gezin legde ik het eerste deel van de Grand Tour van Catalonië af, van Barcelona tot Tarragona, maar dan met een omweg. Onderweg genieten we van de natuur, de rust en de voor ons nog onbekende pareltjes op de route.
Mura, Món Sant Benet en Vall de Lord
Ons eigen Barcelona hoeven wij natuurlijk niet te ontdekken. Als inwoners van de stad kunnen we wel beamen dat dit een fantastische eerste bestemming is. Wij vertrekken ’s morgens vroeg en gaan landinwaarts. Op het moment dat we voorstad Terrassa voorbij zijn, maakt de industriële omgeving plaats voor groen. De Montserrat doemt op. Dit icoon is eigenlijk een verplichte stop, maar we hebben de surrealistische bergketen met het prachtige klooster en de Zwarte Madonna Montserrat, patroonheilige van de Catalanen, al vaak genoeg van dichtbij gezien. We rijden dwars door het natuurpark van Sant Llorenç del Munt i l’Obac langs indrukwekkende roodkleurige kleirotsen en donkergroene bebossing.
Na ongeveer een uur komen we aan in Mura, een populaire uitvalbasis voor wandelingen in de omgeving. Het dorp zelf blijkt één groot historisch openluchtmuseum. We leren over de wijnbouw die hier in de streek Bages lange tijd voor inkomsten zorgde. Gids Laia vertelt aan de hand van een keurige stapel houten takken hoe ze vroeger houtskool maakten. Ze wijst naar een keramiekfles boven een voordeur. “Zo wisten de mensen dat hier keramiek verkocht werd, want destijds konden ze natuurlijk niet lezen.” Onze zesjarige dochter Olivia rolt met haar ogen van verbazing. De tijd heeft hier stilgestaan.
Dat gevoel krijgen we ook in de prachtige kloostertuin van het Monestir de Món Sant Benet in Sant Fruitós de Bages. Maar wat blijkt? In 1907 werd het hele complex gekocht door de moeder van de bekende Catalaanse kunstenaar Ramon Casas. Die werd heel toevallig letterlijk naast ons eigen appartement in Barcelona geboren. De familie Casas liet een deel van het oude klooster opnieuw inrichten. Aansluitend eten we op hetzelfde terrein in La Fonda een middagmenu. Ik ga voor de botifarra, typisch Catalaanse worst en als nagerecht flan op basis van mató (zachte, lokale kaas) en crema catalana-ijs. We kunnen er weer even tegenaan!
Op weg naar de volgende bestemming, de Vall de Lord, wordt het landschap steeds bergachtiger. Vanaf Solsona vinden we het ronduit betoverend. Zeker als we langs het turquoisekleurige stuwmeer Llosa del Cavall rijden. In de verte onderscheiden we op een van de toppen een torentje. Zou dat het santuari (heiligdom) zijn waar we naar op zoek zijn? In Sant Llorenç de Morunys melden we ons bij het bureau voor Toerisme. Het laatste stukje rijden we mee met gids Bernat. Hij brengt ons naar de plek waar de klim naar het heiligdom begint. Met Olivia tellen we onderweg samen alle kruizen die we tegenkomen. Dertien en we zijn boven. Het stuwmeer ligt beneden ons. Olivia verzamelt stenen en huppelt door de tuin bij het klooster dat hierboven staat. Er is verder niemand te bekennen. Een fantastische manier om onze dag te eindigen.
Solsona en Cardona
De volgende ochtend blijkt Solsona één grote verrassing. Het begint al als we midden op straat met gids Ivan een trap naar beneden nemen en ondergronds een oude ijsopslagplaats ontdekken. Daarna is de basiliek aan de beurt. Meteen wordt hier duidelijk dat Solsona rijk moet zijn geweest, de ene kapel is nog kitscheriger dan de ander. In de achttiende eeuw, de tijd van neoclassicisme en de barok, ging het Solsona inderdaad voor de wind. Hoogtepunt van ons bezoek zijn de gegants, een traditie waar alle Catalaanse kinderen gek op zijn: de reuzen. In Solsona vinden we niet alleen de traditionele reuzen, maar ook de Carnavalsreuzen. Ivan laat zien hoe ze lichaamsdelen kunnen bewegen. De uil geeft ons een knipoog. Alle grote reuzen zijn er bovendien in kindervariant, dus Olivia kan haar geluk niet op. Enthousiast kruipt ze onder hun kleding.
Niet veel later lunchen we in het kasteel van Cardona, tegenwoordig een parador, een luxe staatshotel, waar je kunt overnachten. Daarna rijden we naar de zoutberg van dit stadje. Tegenwoordig is de zoutmijn enkel nog een toeristische trekpleister. Maar wat voor één. We kijken onze ogen uit in de tunnels vol stalagmieten en stalagtieten. Wát een kleurenpalet: van terracotta tot donkergrijs en natuurlijk wit. Het verbaast ons niets dat de meest indrukwekkende ruimte de naam ‘Sixtijnse kapel’ kreeg. We maken wel honderd foto’s.
Garraf en het stuwmeer van Foix
Na een overnachting in de heerlijke badplaats Sitges, rijden we al vroeg richting natuurgebied de Garraf, waar we die ochtend een bijzondere wandeling maken: Fundació Miranda beheert hier een gebied waar paarden en ezels in het wild leven en wij begeleiden ze over bospaden en langs de wijnvelden naar een drinkplaats. Omdat we de enigen zijn met kind krijgen wij het meest makke ezeltje mee, Canyella, net iets groter dan Olivia. Die is supertrots en laat Canyella de hele wandeling niet meer los.
Na afloop ligt Olivia al gauw achter in de auto te slapen. Vanaf Vilanova i la Geltrú nemen we de weg richting Arboç. De vergezichten zijn schitterend, zeker als we het door moerassen omgeven stuwmeer van Foix in het vizier krijgen, favoriet bij wandelaars. Het meer is deels bedekt met een laagje knalgroene algen, maar zelfs dat is mooi. Al die groene en blauwe kleurschakeringen in één oogopslag. Al van ver ontwaren we het kasteel van Castellet, waar we even later genieten van het uitzicht.
Nulles, Montferri, Altafulla en Tamarit
De volgende ochtend rijden we naar Nulles. We komen langs wijngaarden op de flanken van glooiende heuvels en één van de hoogtepunten in deze omgeving, het klooster van Santes Creus. Helaas is het vandaag gesloten. Hiervoor moeten we zeker nog eens terugkomen. Nulles staat bekend om z’n prachtige modernistische wijnkathedraal van architect Cèsar Martinell, een leerling van Gaudí. Zodra we de auto hebben geparkeerd, komen een paard en wagen de hoek om. Meteen gaan Olivia’s ogen glunderen. Gaan we echt met een huifkar op pad? Marc, die de huifkarrondleidingen organiseert, geeft Olivia de teugels en met een grote glimlach zit ze de hele rit voorin. Onderweg vertelt hij van alles. Over het microklimaat dat hier heerst en hoe dat komt. Over de wijnvelden, de amandel- en olijfbomen. Het is één grote belevenis.
Na ook nog even een kijkje te hebben genomen in de indrukwekkende bodega, vertrekken we naar het verderop gelegen Montferri voor de kerk van Josep Maria Jujol, een modernistische architect uit Tarragona, die ook samenwerkte met Gaudí. Zijn werk blijkt een allegorie op de Montserrat, alleen de ‘vingers’ al, een duidelijke verwijzing naar de surrealistische bergketen. Maar het doet ons ook denken aan de Sagrada Familia door het gebruik van paraboolbogen, waarmee Jujol het voorbeeld van Gaudí volgde. Overigens heeft Jujol zijn kerk nooit af gezien, net als Gaudí de Sagrada Familia nooit voltooid zag. Het project kwam stil te liggen vanwege geldgebrek en de Maagd van Montserrat kreeg uiteindelijk maar een plekje in de eeuwenoude Bartolomeu-kerk in het dorp. Zo hoefde de bevolking alsnog niet de hele rit naar de bergketen te maken. Pas in 1999 werd Montferri uiteindelijk afgebouwd.
Voor de lunch hebben we gereserveerd in het nabijgelegen Vila-Rodona. Als we op het juiste adres arriveren, midden in een woonwijk, vragen we ons af of we wel goed zitten. Gelukkig blijkt dat het geval. Binnen treffen we een knusse ruimte, die ons doet denken aan een huiskamer, met kunstwerken aan de muur en een plank vol kookboeken. Llépol is een initiatief van Elisabet Carbonell. Zij kookt alleen in de weekenden en altijd met seizoensproducten. Haar echtgenoot dient de gerechten op. We hebben geluk, want het is kersentijd en dus kunnen we het menu met als thema kersen proberen. Van voorgerecht tot dessert: we proberen gazpacho, stokvis, varkenswangetjes. Allemaal bereid met kersen.
Met gevulde maag staan we na onze uitgebreide middagmaaltijd weer buiten. De meeste badplaatsen op de route kennen we al. Het rustige Sant Salvador met z’n witgekalkte huizen is bij ons favoriet. Maar we besluiten naar Altafulla te gaan, waar we nog nooit zijn geweest. Altafulla ligt vlak bij Tarragona, de eindbestemming van het eerste deel op de Grand Tour én de stad van de Romeinse resten, waaronder het Romeinse amfitheater aan zee. Samen met nog 13 andere Romeinse ruïnes van grote historische waarde staat het op de Werelderfgoedlijst van Unesco.
Het blijkt een goede keuze, want Altafulla beschikt niet alleen over een sfeervolle middeleeuwse citadel, maar ook de vroegere visserswijk aan zee vinden we charmant. Olivia rent het strand op, de zee in. We sluiten de dag af met een wandeling naar het kasteel van het aangrenzende Tamarit. Vanuit de baai de Cala Jovera met uitzicht op de Middellandse Zee genieten we na van onze fantastische trip vol natuur én cultuur. Catalonië heeft het allemaal.
Onze favoriete restaurants en hotels op de route
Restaurant La Fonda Mon Sant Benet – Sant Fruitós de Bages
Restaurant Parador de Cardona - Cardona
Llèpol – Vila-rodona
Altafulla Mar Hotel - Altafulla
Aromatic Restaurant - Altafulla
Hoofdfoto: De wijngaarden van Penedès © Maria Rosa Vila
Alle andere foto's: © Barcelonatips
Meer informatie over de Grand Tour van Catalonië vind je hier.