Sant Jordi, de prinses, de roos en de draak
Sant Jordi, de prinses, de roos en de draak
Rozen en boeken zijn de belangrijkste ingrediënten van de Diada de Sant Jordi, de favoriete feestdag van veel Catalanen. Sant Jordi, oftewel Sint-Joris, is sinds 1456 patroonheilige van Catalonië en zijn sterfdag op 23 april wordt ook al sinds de vijftiende eeuw gevierd.
De legende
De legende van Sant Jordi zou hebben plaatsgevonden in het dorp Montblanc in het zuiden van de regio, de provincie Tarragona. Hier werd de bevolking geteisterd door een hongerige draak, die leefde in een grot in de buurt van het koninkrijk. Om hem zoet te houden, voerden de bewoners van het dorp de draak iedere dag een stuk vee. Maar toen de koeien en schapen op waren, moest er iets anders verzonnen worden. Een adviseur van de koning kwam met het idee hem dan maar kindertjes te voeren en om te bepalen welk kind dit lot ten deel viel, werd er geloot.
Op een dag, aldus gaat het verhaal, was de dochter van de koning aan de beurt. Moedig liet de prinses zich naar de draak brengen, maar toen deze op het punt stond de prinses te verorberen, verscheen daar de heldhaftige ridder Sant Jordi op zijn paard. Met zijn zwaard wist hij de draak tijdens een bloedstollend gevecht om het leven te brengen. Uit het bloed van de draak groeide vervolgens een rozenstruik. Sant Jordi gaf de prinses een roos als teken van liefde.
Nog ieder jaar wordt deze legende in de dagen voorafgaand aan de Dag van Sant Jordi én de feestdag zelf, 23 april, nagespeeld door de lokale bevolking in Montblanc. De deelnemers en toeschouwers verzamelen zich voor de viering bij de 1700 meter lange stadsmuur die het gehucht omringd. De indrukwekkende muur bevat maar liefst 35 wachttorens en verschillende toegangspoorten naar de middeleeuwse dorpskern. De bekendste poort is natuurlijk de Portal de Sant Jordi, de Poort van Sant Jordi, waar zich de legende zou hebben afgespeeld. Je komt Sant Jordi (en de draak) hier ook overal in het straatbeeld tegen.
Rozen en boeken
Maar Montblanc is zeker niet de enige plek waar Sant Jordi leeft. Overal in Catalonië kun je op 23 april kraampjes vol rozen aantreffen en stalletjes met… boeken. Volgens de traditie geven de mannen de vrouwen in hun leven een roos – een duidelijke verwijzing naar de legende van Sant Jordi -, en de vrouwen op hun beurt geven de mannen een boek. Hoe zit dat dan? In Spanje wordt al decennialang op 23 april de sterfdag van de grootste Spaanse schrijver allertijden Miguel de Cervantes herdacht. Toevallig is ook William Shakespeare op 23 april overleden. In 1995 besloot de Unesco deze datum dan ook officieel uit te roepen tot Wereldboekendag en zo verschenen naast rozen ook de boeken op straat. Overigens is Sant Jordi geen officiële feestdag, want er wordt gewoon gewerkt en de winkels zijn geopend. Wel gaan veel Catalanen extra vroeg naar huis om te genieten van de gezellige sfeer.
In Barcelona wordt ieder jaar ter gelegenheid van Sant Jordi de façade Casa Batlló uitbundig versierd met rozen. Niet zomaar natuurlijk, want Gaudí zou zich voor dit werk door de legende hebben laten inspireren. In de balkonnetjes kun je de schedels van de onschuldige kinderen ontdekken, en de zuilen van de grote raampartij zouden de botten zijn. Op het dak ontwaar je een drakenstaart en het kruis verwijst naar het zwaard van Sant Jordi.
Ook zijn er verschillende bezienswaardigheden in de Catalaanse hoofdstad die ter gelegenheid van Sant Jordi de deuren openen voor het publiek. Onder andere Palau Güell, het Recinte Modernista Sant Pau, de Nationale Bibliotheek van Catalonië en het stadhuis zijn gratis te bezoeken. De rozen en boeken worden overal in de stad verkocht, maar de belangrijkste straten zijn de Rambla Catalunya en Passeig de Gràcia.